5 maart 2014

Fruitig

Nu de lente vroeger dan normaal intreedt wordt het hoog tijd de snoeischaar eens flink ter hand te nemen. Vooral de rozen en dergelijke moeten het dit keer extra ontgelden. De rozen bij de garagedeur zijn eervorig jaar verpest door de tuinjongen, maar daar komt heel langzaam weer model in. Gewoon volhouden het dode hout en ongewenste scheuten weg te snoeien dan komt het wel weer voor elkaar.

Er gaat altijd wel iets dood in een tuin. Bij ons dus ook. Is het niet een of andere ziekte dan is het wel dat de tuinjongen het jonge plantgoed met de bosmaaier meende om te moeten maaien. Dit jaar heb ik besloten geen gebruik meer te maken van diens verwoestende arbeid om de jonge bomen en planten een kans te geven op te groeien. 

Pruimen

Twee jaar geleden hebben we voor het huis een pruimenboom geplant waarvan we in november de laatste vruchten hebben gesnoept. Het bleken een van de lekkerste pruimen te zijn die we ooit geproeft hebben. De smaak werd extra verhoogd omdat we ze aan de boom hebben laten rijpen. Dat er aan die jonge boom maar zo weinig vruchten hingen, een paar handen vol, is natuurlijk logisch. Brengt me terug op het verhaal snoeien. Met verstandig snoeien kun je de opbrengst enorm verhogen, om maar eens een open deur plat te lopen. Verschillende handboeken of gespecialiseerde sites vertellen je dat je dat de eerste paar jaar niet om die reden moet doen. Eerder moet je snoeien om het wortelstelsel zo groot mogelijk te laten worden. Een krachtig en gezond wortelstelsel geeft ook meer weerstand tegen ziektes, schijnt het. Nu even flink terugsnoeien dus om volgend jaar een volle oogst te krijgen.
Hm, pruimen likeur heb ik nog niet gemaakt. Komt op de lijst voor volgende winter. Pruimen inmaken voor desserts en zo, of zelfs gebak, lijkt me ook wel iets.
Verder zoek ik nog naar een nieuwe perenboom om de dooie in de voortuin te vervangen. Maar dan ook eentje die voor desserts geschikt is, iets met juli plukken of zo. De zoektocht is begonnen. Appels ben ik zelf niet zo gek op, na een week appels eten heb je het wel gehad volgens mij. Mijn schatje wil altijd appelmoes maken, maar met twee van die dozen in de vriezer heb je het ook wel gehad. Dus weg met de overtollige appelbomen. In de boomgaard achter staat er ook nog iets van peren, ok lekker op taarten en desserts. De meeste door de vorige eigenaar aangeplante soorten vind ik echter niet te pruimen. Weg er mee dus.

Mirabelle bron

Dan is er nog een Mirabelle boom, die draagt elk jaar volop. De Mirabelle is een typische vrucht voor deze streek. Er wordt van alles mee gedaan, van vuurwater tot aan de heerlijkste confitures. Wellicht dat ik een van de bomen met afschuwelijke stoofperen rooi en daar een tweede Mirabelle plant.
Hoewel. Een paar emmers van fruit is voor mij wel voldoende, de rest laat ik altijd voor de schapies. Die vreten zich ieder jaar total loss. Je ziet ze in ieder geval altijd voor pampus liggen in de boomgaard als het fruit er volop is. Fruit schijnt te gisten in een van de magen en dan hebben ze een bal! De kater de volgende dag maakt dat het erg rustig is in de kudde voor een paar dagen.

Peren

Op zoek naar een geschikte peer kom je een site tegen van de WUR (Wageningen landbouw uni). Niet een van de modernste sites, vind ik. Een kale lijst met rassennamen en je klikt dan maar wat kriskras om eens te zien wat er zoal is. Het eerste wat opviel waren de zwart wit foto's. OK, dat is weer trend in de fotografie, maar hier? Een beetje misplaatst of gewoon een manier om licenties te omzeilen van de samensteller. En dan begin je te lezen. Ik citeer:
Oorsprong en verspreiding. Is een peer van Belgischen oor­sprong, in den handel gebracht door Van Mons.
De verspreiding is zeer gering; gerust kan worden gezegd, dat men haar zoo goed als niet aantreft. Wij hopen dat zulks spoedig zal veranderen, want deze peer verdient om haar vele goede eigenschappen alle aanbeveling.
En je verbazing stijgt met elke zin die je leest. Woorden met twee óó's, éé's, sch's en dan nog naamvallen met den en der die ook al decades lang niet meer geschreven worden? Dit is Nederlandsch van de jaren 30 denk je nog. Je leest verder

Schil. ...welke soms in elkaar vloeien en een vrij groote plek vormen. Aan den boom of kort na het plukken is de kleur der vruchten helgroen, met aan de zonzijde een donkerder en doffen kant.
Vleesch.
Eigenschappen der vrucht. …. die om kleur, mooien vorm en gaafheid
Eigenschappen van den boom. …. vooral voor zandgrond blijkt het een uitstekenden boom te zijn. …. op beschutte plaatsen geeft het zelfs goede hoog- en halfstammen; zoowel op kwee als op wildeling....

Dan op een hint van F blader je terug naar de hoofdindex en blijkt bovenstaande en vele andere documenten tot een historische collectie behoren. Ha, ha, wat liep ik weer eens te hard van stapel! Mompelend om mijn stommiteit komt er nog wat uit mijn mond van: “Dat hadden ze dan ook wel mogen vermelden op die pagina's.” Natuurlijk wel supèr dat je dit soort oude docjes nog online kunt terugvinden. Zo kom je nog eens wat tegen. Het maakt me wel nieuwsgierig naar al die oude soorten. Wat te denken van een Délice Cornelis?

Er werd gezocht naar, “de peer met het dakje”, die is nog niet gevonden. De zoektocht gaat verder. Dit jaar die peer nog maar even in de winkel blijven kopen en dan de naam eens onthouden voor de verandering?

Geen opmerkingen: